O verdorie, die rotschaar!
Ja, het dagelijks leven stelt linkshandigen voortdurend op de proef. Altijd moeten ze iets extra’s doen. Neem schoenveters strikken: dat leren ze bijna helemaal zelf. Een rechtshandig voorbeeld kunnen ze immers niet kopiëren. Schrijven is ook zoiets. Leer je als linkshandige om te schrijven, dan bedek je met je schrijfhand onbedoeld het voorbeeldwoordje. Dit maakt het moeilijk de letter of het woord mooi over te nemen. Je lost het als linkshandige zélf maar op!
En dan al die andere kleine uitdagingen, die dagelijks op je pad komen. Scharen, blikopeners, gulpen, toilethouders aan de verkeerde kant van de pot…. Daarover gesproken: in het schuim van je kopje cappuccino ontdek je geen lief hartje, maar twee blote billen met wat kaneelpoeder. Hoe leuk is dat?
Maar linkshandigheid geeft gelukkig ook voordelen. Zo kiezen mensen vaak de kant van hun dominante zijde: rechts dus. De rechterkassa’s hebben het daardoor drukker dan die aan de linkerkant, wat in je voordeel is. En hoewel pinautomaten stomme dingen zijn, zijn ze bij de kassa wel weer handig. Want voer je de pincode in met links, dan zit je hand er automatisch beschermend voor.
Het grootse voordeel van linkshandigheid is wel dit. Juist omdat linkshandigen steeds weer allerlei oplossingen voor alledaagse ongemakken moeten vinden, zijn ze eigengereider, zelfredzamer, minder volgzaam, origineler en creatiever dan de grote meerderheid van de mensen. Ja toch? Sterker nog: linkshandigen zijn intelligenter, genialer en succesvoller dan rechtshandigen. Daarvoor zijn verschillende sociale, biologische, genetische en neurologische verklaringen.
Je gelooft dit niet? Dan ben je waarschijnlijk rechtshandig.
